De streek van herkomst

De regio waarin de familie Van den Bergh woonde, kende de afgelopen eeuwen roerige tijden. Daarbij kreeg het te maken met verschillende machthebbers die er de lakens uitdeelden. Zo kwam de streek in 1441 onder het bewind van het Hertogdom Kleef, vanaf 1609 was het Pruisisch, in 1794 werd het Frans en vanaf 1815 was het Nederlands. Deze laatste overgang verliep trouwens niet helemaal vlekkeloos. In de Franse tijd waren Kessel en Ottersum een gemeente. In het Traktaat van Wenen van 31 mei 1815, dat werd gesloten tussen Oostenrijk, Groot-Brittannië, Rusland, Pruisen en het Koninkrijk der Nederlanden, werden de nieuwe grenzen van het grondgebied op de rechter Maasoever omschreven. Zo werd er bepaald dat deze grens op een afstand van tenminste 800 Rijnlandse roeden (een kanonschot afstand) vanaf de Maas getrokken moest worden: een veilig gevoel voor die tijd! Ten gevolge van deze grenscorrectie werd de gemeente Kessel, die pas in 1800 als “maire” ontstaan was, verdeeld over Pruisen en de Nederlanden. Het Ven, de Dam, de Zelderheide en het Koningsven kwamen met Ottersum bij Nederland, terwijl de dorpen Kessel, Hommersum en Nergena Pruisisch bleven. Maar daarmee was de vrede nog niet getekend. Op 24 februari 1817 zouden voornoemde gehuchten worden toebedeeld aan de nieuwe gemeente Ottersum. Toen echter de burgemeester enkele weken later aldaar zijn ambtswerkzaamheden probeerde uit te oefenen, werd hij hierin wreed gestoord door drie gewapende Pruisische mannen. Zij sommeerden hem te vertrekken, omdat volgens hen het Ven en de Dam Pruisisch waren gebleven. Pas enkele maanden later gaven de Pruisen zich gewonnen.

Nadat het gebied tussen 1830 en 1839 nog korte tijd bij België heeft gehoord, kwam het in 1839 definitief onder Nederlands gezag. Daarmee brak er een periode van rust aan, die slechts kortstondig werd verstoord op het einde van de Tweede Wereldoorlog. Als gevolg van de geallieerde operatie Veritable van 8 februari 1945 werden door beschietingen veel historische gebouwen en oudere woonhuizen vernietigd.

De familie Van den Bergh leefde dus vanaf midden in de achttiende eeuw in deze streek, met name in de plaatsen Ottersum en Gennep. Het is zeker niet uitgesloten dat nazaten nog steeds hier woonachtig zijn. De laatst bekende akte waaruit de aanwezigheid van de naamdragende familie Van den Bergh in deze streek blijkt, is van 28 december 1835. Aan de op die dag gehouden familieraad te Vierlingsbeek nam Hermanus van den Bergh deel. Hij was toen molenaar te Asperden.


Kaart van de gemeente Gennep, ca. 1865

Gennep is een van de grotere plaatsen in de omtrek en bezit sinds 1300 stadsrechten. De naam Gennep is afgeleid van “Ganapja”, hetgeen betekent: plaats waar twee wateren samenkomen. Hiermee wordt gedoeld op de rivieren de Maas en de Niers. Ter hoogte van de burcht het Genneperhuis en Oeffelt was vroeger een doorwaadbare plaats in de Maas. Er was ook een doorwaadbare plaats in de rivier de Niers. Door deze omstandigheid was het niet toevallig dat de stad op deze plek ontstond. Deze rivieren, evenals de politieke wisselingen in deze grensstreek die gepaard gingen met veel oorlogsgeweld, spelen dan ook zeker een betekenisvolle rol in onze familiegeschiedenis. Oeffelt en haar directe omgeving – van Gennep uit gezien aan de overkant van de Maas – behoorde opvallend genoeg ook tot het Pruisisch gebied. Dit als een uitstulping in het Land van Cuyk, tegenwoordig gelegen in de provincie Noord-Brabant.

Tussen het veenachtige achterland en de Maas bestaat de bodem uit zand, heide en bosgronden, wat intensieve landbouw en veeteelt belemmerde. De van oudsher belangrijkste versterking in dit gebied was het Genneperhuis. Deze versterking was met het in 1356 verkregen keizerlijk tolrecht er op gericht de scheepvaart op de Maas te beheersen. In tijden van oorlog was het een geducht obstakel voor de tegenstanders. In 1641 werd het Genneperhuis ruim zeven weken belegerd door Frederik Hendrik, prins van Oranje, waarna het werd ingenomen. De aanvalslinie liep dwars door het dorp Ottersum. In 1712 werd de versterking ontmanteld door de Fransen.

Tussen Ottersum en Nijmegen ligt bij Mook de Mokerheide, waar tijdens een veldslag op 14 april 1574 tussen de Republiek der Verenigde Nederlanden en de Spanjaarden Lodewijk en Hendrik van Nassau de dood vonden. Het wordt in het midden van de negentiende eeuw als volgt beschreven: “De tegenwoordige toestand dezer streek beantwoordt echter geenszins aan het denkbeeld dat men zich gewoonlijk van eene uitgestrekte heide vormt; want verre van woest en eentoonig te zijn, is zij thans bijna geheel ontgonnen overal met groepen en boschjes van dennenbomen bedekt, tusschen welken hier en daar landelijke woningen verspreid zijn, en bijna het geheele jaar door talrijke kudden schapen grazen. In den omtrek verheffen zich eenige met digt kreupelhout begroeide bergen, van wier top men de schoonste vergezigten naar den kant van Cleef, Groesbeek en Cuyk geniet, terwijl heldere beken zich in duizenden bogten door de bloemrijke dalen kronkelen.”

In het gehucht Genneperhuis ligt nog de bouwval van het oude kasteel van dien naam. Deze burcht, die een geschiedschrijver voor even sterk hield als de vesting Breda, bestond reeds in het begin der elfde eeuw en werd in 1641 door prins Frederik Hendrik met “eene geduchte magt belegerd en ingenomen”. Nog jaren later was op het kasteel “eene kerk met eigene gemeente”, maar in 1710 werd het door de Fransen geheel verwoest. Stad en kasteel behoorden vroeger tot het hertogdom Cleve, doch werden in 1815 door het Weener Congres bij Nederland gevoegd. Slechts “¼ uurs” van Gennep ligt het dorp Ottersum, dat met 12 gehuchten de gemeente van dien naam vormt, welke 1.800, van den landbouw levende inw. telt, en waarvan ruim 200 in Ottersum zelf gevestigd zijn; het bevat 5 pottenbakkerijen, 1 brouwerij, en eene R.K. Kruiskerk, die in 1842 meer dan de helft vergroot is, en 3 altaren, een orgel en eenen dikken toren heeft.

Vervolg: De naam Van den Bergh